Veilig sportklimaat
Veilig sporten bij EBV Mustangs
Het bestuur voelt zich verantwoordelijk voor het realiseren van een prettig en veilig sportklimaat. Bij activiteiten van onze vereniging komen mensen voor hun plezier en met sportieve doelstellingen bijeen onder leiding van vrijwilligers.
Het aannamebeleid met betrekking tot vrijwilligers is gebaseerd op aanbevelingen vanuit NOC*NSF en geldt voor het werven en ‘aannemen’ van trainers, coaches, begeleiders, verzorgers van teams, masseurs en fysio’s die toegang hebben tot kleedkamers. We houden eerst een kennismakingsgesprek. Tijdens dit gesprek maken we de vrijwilliger bekend met de gedragsregels die in samenwerking met het NOC*NSF door de sportbonden voor de begeleiders in de sport zijn vastgesteld en overhandigen de vrijwilliger een exemplaar. Voordat de vrijwilliger actief wordt, moet hij of zij een Verklaring Omtrent het Gedrag aanvragen bij gemeente Emmen. Hiervoor is een recent e-mailadres en een geboortedatum nodig. Deze gegevens moeten worden doorgestuurd aan de secretaris van EBV Mustangs.
We doen er veel aan om veilig sporten te promoten. Er kunnen echter situaties ontstaan waarin er sprake is van ongewenst gedrag. Onder ongewenst gedrag wordt volgens NOC-NSF verstaan: machtsmisbruik, verbale agressie, fysiek geweld, excessief pesten en ongewenste intimiteiten. Ten behoeve van de preventie en de aanpak van dergelijke situaties zijn richtlijnen opgesteld. We hopen dat van deze richtlijnen een preventieve werking zal uitgaan. Verder zullen deze richtlijnen bijdragen aan het op een correcte manier reageren op ongewenst gedrag binnen onze vereniging.
Er bestaan vele uitingsvormen van ongewenste intimiteiten. Ongewenste intimiteiten uiten zich in gedrag, dat in strijd is met de sociaal-ethische moraal. Als voorbeelden van grensoverschrijdend gedrag kunnen worden genoemd:
– ingaan op avances of gedrag met verliefdheidsverschijnselen;
– ongewenste/onnodige aanraking;
– het verbaal scheppen van een seksueel/erotisch geladen sfeer;
– zich tegen een ander aandrukken of sterkere vormen van aanranding.
Niemand mag activiteiten binnen het verband van onze vereniging gebruiken voor doeleinden van eigen nut en/of bevrediging, die in strijd zijn met de integriteit van anderen. Vooral ongewenste intimiteiten van welke aard dan ook worden onder geen beding getolereerd. Het NOC-NSF heeft hiervoor de “Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie” opgesteld, waaraan men zich ten allen tijde dient te houden.
In dit protocol zijn een aantal richtlijnen en afspraken opgenomen ten behoeve van:
– technische- en organisatorische kaderleden van onze vereniging;
– leden van onze vereniging en/of hun wettelijke vertegenwoordigers.
Dit protocol geeft een aantal afspraken en daaruit voortvloeiende handelwijzen voor situaties waar sprake is van ongewenst gedrag of een vermoeden daarvan. Indien de beschreven handelwijze van dit protocol wordt gevolgd, kan een en ander uiteindelijk leiden tot een uitspraak van het Dagelijks Bestuur met mogelijke sancties tegen de pleger.
Het Dagelijks Bestuur verplicht alle kaderleden zich te gedragen naar de “Gedragsregels ter preventie van seksuele intimidatie”, zoals opgesteld door het NOC-NSF. Het Dagelijks Bestuur zal personen, die veroordeeld werden voor handelingen in strijd met deze gedragsregels, weigeren voor een functie of taak binnen de vereniging.
Protocol
EBV Mustangs voelt zich tijdens verenigingsactiviteiten verantwoordelijk voor het welzijn van haar leden, haar vrijwilligers, accommodatiemedewerkers, bezoekers, fotografen etc. en voelt zich verantwoordelijk voor het gedrag van leden en vrijwilligers naar leden en vrijwilligers van collega verenigingen. Zij wil haar leden, vrijwilligers, medewerkers accommodatie, bezoekers, fotografen van de eigen vereniging en de leden, vrijwilligers, medewerker accommodatie, bezoekers, fotografen van collega verenigingen zo veel mogelijk beschermen tegen ongewenst gedrag van leden van EBV Mustangs. Daartoe heeft het bestuur het protocol ongewenst gedrag opgesteld.
Centraal staat dat ongewenst gedrag in welke vorm dan ook ontoelaatbaar is. Ieder lid of vrijwilliger dient zich dan ook van iedere vorm van ongewenst gedrag te onthouden, dat wil zeggen seksuele intimidatie, discriminatie, intimiderend gedrag, pesten, diefstal en vandalisme.
Het beleid ongewenst gedrag heeft tot doel het bestrijden en voorkomen van seksuele intimidatie, discriminatie, intimiderend gedrag, pesten, diefstal en vandalisme. EBV Mustangs streeft naar een verenigingsklimaat waarin alle leden en vrijwilligers elkaar op een respectvolle en correcte wijze behandelen. Dat geldt ook voor het op een respectvolle en correcte wijze behandelen van leden en vrijwilligers van collega verenigingen.
Het bestuur van EBV Mustangs wil dit bereiken door:
– bekendheid te geven aan dit beleid;
– een lage drempel te creëren voor klagers om zich met klachten tot de vertrouwenspersoon en/of het bestuur te kunnen richten;
– een adequate afhandeling van de klachten.
Uitgangspunten
– alle vormen van ongewenst gedrag worden beschouwd als een schending van de integriteit van leden of vrijwilligers.
– ongewenst gedrag kan leiden tot afname van concentratie, motivatie, zelfvertrouwen, ziekte (verzuim) en vertrek bij de vereniging van leden en vrijwilligers.
– het bestrijden en voorkomen van ongewenst gedrag is een onderdeel van het sociale beleid van de vereniging.
– alle leden en vrijwilligers hebben de verantwoordelijkheid een bijdrage te leveren aan het voorkomen van ongewenst gedrag.
– bestuursleden, leden en vrijwilligers dienen zich kritisch op te stellen tegenover verschijnselen die ongewenst gedrag zouden kunnen veroorzaken en dienen hiertegen op te treden.
– het bestuur is eindverantwoordelijk voor het voorkomen van ongewenst gedrag.
Het beleid met betrekking tot ongewenst gedrag is in dit protocol verwoord en zal ook als zodanig worden uitgedragen.
Meldingen van (het vermoeden van) ongewenst gedrag
Voor ieder lid of vrijwilliger van EBV Mustangs geldt een meldingsplicht ten aanzien van ieder redelijk vermoeden van ongewenst gedrag tegenover een lid of vrijwilliger. Dit echter pas na toestemming van het slachtoffer. Melding kan plaatsvinden bij het bestuur of de vertrouwenspersoon van de vereniging. Er zal op worden toegezien dat de melder/klager geen nadeel ondervindt. Ook het bestuur kan melding maken bij de vertrouwenspersoon omtrent een mogelijk geval van ongewenst gedrag. Dit ter bescherming van leden en vrijwilligers.
Wat te doen bij een klacht van ongewenst gedrag?
– klager meldt zich met zijn of haar klacht bij het bestuur van de vereniging.
– binnen enkele dagen dient een gesprek plaats te vinden met het bestuur om de klacht helder te krijgen. Het contact is strikt vertrouwelijk.
– klager kan en mag zich laten bijstaan door iemand die hij of zij vertrouwt.
– het bestuur mag alleen iemand inzetten voor bemiddeling met toestemming van de klager.
– bemiddelaar moet zowel acceptabel zijn voor de klager als voor de aangeklaagde.
– bemiddelaar moet een neutrale rol kunnen vervullen.
– doel van een bemiddelingsgesprek is dat het de aangeklaagde op deze wijze duidelijk wordt dat het probleem gesignaleerd is en dat van de aangeklaagde gedragsverandering verwacht wordt.
– indien blijkt dat een bemiddelingsgesprek niet tot de gewenste oplossing leidt zal het bestuur indien nodig na beraad moeten besluiten om passende maatregelen te nemen ten aanzien van de aangeklaagde.
Het is ook mogelijk dat een klager rechtstreeks een klacht indient bij de vertrouwenspersoon van de vereniging indien het een klacht betreft van meer persoonlijke aard. De vertrouwenspersoon zal de klacht op eenzelfde wijze behandelen als het bestuur.
– klager meldt zich met zijn of haar klacht bij de vertrouwenspersoon van de vereniging.
– binnen enkele dagen dient een gesprek plaats te vinden met de vertrouwenspersoon om de klacht helder te krijgen. Het contact is strikt vertrouwelijk.
– klager kan en mag zich laten bijstaan door iemand die hij of zij vertrouwt.
– vertrouwenspersoon mag alleen iemand inzetten voor bemiddeling met toestemming van de klager.
– bemiddelaar moet zowel acceptabel zijn voor de klager als voor de aangeklaagde.
– bemiddelaar moet een neutrale rol kunnen vervullen.
– doel van een bemiddelingsgesprek is dat het de aangeklaagde op deze wijze duidelijk wordt dat het probleem gesignaleerd is en dat van de aangeklaagde gedragsverandering verwacht wordt.
– indien blijkt dat een bemiddelingsgesprek niet tot de gewenste oplossing leidt zal de vertrouwenspersoon het bestuur om advies vragen en zal het bestuur indien nodig na beraad moeten besluiten om passende maatregelen te nemen ten aanzien van de aangeklaagde.
Definities
Seksuele intimidatie
Is elke vorm van seksueel gedrag of seksuele toenadering, in verbale, non-verbale of fysieke zin, opzettelijk of onopzettelijk, die door de persoon die het ondergaat als ongewenst of gedwongen wordt ervaren.
Discriminatie
Onder discriminatie wordt verstaan het onderscheid maken ten nadele van leden, medewerkers of vrijwilligers op basis van bijvoorbeeld geslacht, seksuele voorkeur, leeftijd, herkomst, huidskleur, geloofsovertuiging en nationaliteit.
Intimiderend gedrag
Intimidatie is een vorm van chantage waarbij de persoon die de intimidatie ondervindt wordt bedreigd.
Pesten
Is een stelselmatige vorm van agressie waarbij een of meer personen proberen een andere persoon fysiek, verbaal of psychologisch schade toe te brengen. Bij pesten is de macht ongelijk verdeeld. Manieren van pesten zijn ook het digitaal en mobiel pesten. Kinderen of jongeren gebruiken het internet en mobiele telefoon om te pesten.
Diefstal
Is een strafrechtelijk delict dat bestaat uit het op onrechtmatige wijze eigenhandig in bezit nemen van andermans eigendom.
Vandalisme
Is het moedwillig beschadigen of vernietigen van objecten die iemand anders toebehoren.
Leden
Een ieder die spelend of niet-spelend lid is van EBV Mustangs.
Vrijwilliger
Is een ieder die binnen EBV Mustangs in enig georganiseerd verband, onverplicht en onbetaald werk verricht ten behoeve van de vereniging. Dat zijn bestuurs- en commissieleden, coaches/begeleiders, trainers, scheidsrechters, bardienstmedewerkers en ouders.
Vertrouwenspersoon
De vertrouwenspersoon is een persoon die door het bestuur is gevraagd op te treden als persoon tot wie de leden of vrijwilligers zich kunnen richten voor advies en ondersteuning bij ongewenst gedrag.
Contactgegevens voor het indienen van klachten
Bestuur EBV Mustangs:
Secretaris Jeffrey Klumper
06-27095388
Vertrouwenspersoon EBV Mustangs
Gedragsregels begeleiders in de sport
Deze regels zijn opgesteld door NOC/NSF.
De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig kan voelen.
De begeleider onthoudt zich ervan de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privéleven van de sporter door te dringen dan nodig is in het kader van de sportbeoefening.
De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of seksuele intimidatie tegenover de sporter.
Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of de begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten.
De begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten via welk communicatie middel dan ook.
De begeleider zal tijdens training(sstages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer.
De begeleider heeft de plicht – voor zover in zijn vermogen ligt – de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.
De begeleider zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financiële beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan.
De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien de begeleider gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragsregels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen.
In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen. Deze Gedragsregels begeleiders in de sport zijn vastgesteld door de Algemene Vergadering van NOC*NSF d.d. 15 november 2011